Ga naar hoofdinhoud

Na Delft

Hoe maakt eenzelfde studie in de praktijk op verschillende manieren impact? In deze rubriek vertellen twee alumni hierover.

Tekst Dayinta Perrier
© Sam Rentmeester

Oprichter en eigenaar Tiny House Academy

Project manager vastgoed

Bij bouwkunde wordt vaak gedacht aan architectuur, maar ook de educatieve tak en de vastgoedkennis zijn belangrijk. Dat laten Jan-Willem van der Male en Isabelle Kras zien.

Nadat het gebouw van Bouwkunde in 2008 afbrandde, verhuisde de faculteit naar het voormalig hoofdgebouw van de TU Delft. Jan-Willem van der Male, destijds bouwkundestudent, vond de onderwijsruimtes in het gebouw veel te groot. Zo ontstond de centrale vraag van zijn afstudeerproject: wat is de invloed van de ruimte op ontwerponderwijs?

Zijn conclusie: “De ruimtes in het gebouw waren te groot voor ontwerponderwijs. Ze zorgden voor te veel ruis van de omgeving.” Het weerhield hem niet van afstuderen, waarna hij fulltime aan het werk ging bij een architectenbureau.

Maar op de achtergrond groeide bij hem het verlangen om iets voor zichzelf te beginnen, bijvoorbeeld een eigen architectenbureau. Hij zegde zijn baan op en bouwde een tiny house, waar hij nu nog woont met zijn gezin. Tijdens de bouw kwamen er zoveel geïnteresseerden langs dat het idee ontstond voor de Tiny House Academy. Van der Male: “Dit is een soort mini-bouwkundeopleiding voor leken die een tiny house willen bouwen.” In 2017 richtte hij de Tiny House Academy op. “Tijdens het hoogtepunt waren er dertig cursisten”, zegt hij. “Het was een kleine community die elkaar helpt bij het bouwen en onderhouden van een tiny house.” Maar sinds corona is het stil bij de Tiny House Academy. Van der Male is bezig met verschillende ideeën voor een nieuwe onderneming, waar hij nog niet te veel over wil zeggen. “Het liefst wil ik de Tiny House Academy doorgeven aan iemand die het weer tot zijn originele -intentie kan brengen”, zegt hij.

Schakel tussen experts

Eind 2011 ontving Isabelle Kras haar diploma na een afstudeerproject over duurzame ziekenhuisgebouwen. Kras: “In een ziekenhuis zijn veel verschillende belangen; patiënten, personeel, bezoekers, maar ook veiligheid en hygiëne zijn belangrijk. Deze complexiteit maakt het werk daar erg leuk.” Haar afstudeerbegeleider koppelde haar aan iemand van het HagaZiekenhuis voor een kopje koffie en daaraan hield ze een baan over.

Kras ging deel uitmaken van een projectteam dat was opgericht voor de nieuwe aanbouw van het ziekenhuis volgens een nieuw concept. Dat bestond onder andere uit volledig papiervrij werken, dat doorgevoerd werd in het hele ontwerp, zoals kantoren zonder kasten. “Ik kwam binnen als assistent projectmanager, maar werd binnen korte tijd projectleider.

Daarbij was ik de schakel tussen verschillende experts zoals de architect, de aannemer en de zorgmedewerkers.” Een droombaan voor Kras, waarbij haar werk vooral bestond uit het oplossen van de puzzel tussen alle verschillende partijen. Na vijf jaar was het project klaar en stapte Kras over naar een adviesbureau. Ze kwam al gauw terug op deze keuze. “Binnen een organisatie had ik het gevoel dat ik meer zeggenschap had dan als adviseur. Daarnaast miste ik de maatschappelijke kant van het ziekenhuis.” Nu heeft Kras haar plek gevonden bij Ipse de Bruggen, een instelling voor verstandelijk gehandicapten waar zij zich onder meer bezighoudt met circulaire bouw van toekomstig vastgoed. Ze noemt dit een extra uitdaging in het ontwerpproces. “Tijdens mijn studie werd ik als student getraind om te discussiëren over mijn ontwerp: was dit écht de meest logische keus voor de gebruiker?”, zegt Kras. “Deze vraag staat bij mijn huidige werk centraal, omdat het ontwerp hier is gedreven vanuit de cliënt.”