Innovatie & Impact Spoorinnovatie

Tekst Rob van der Wal
© ANP/Peter Hilz
Vooruitgang op het spoor
Na capaciteitsproblemen op de weg en in de lucht, loopt ook het spoor in Nederland vast. Elke nieuwe dienstregeling geeft een klein beetje meer capaciteit om extra treinen te laten rijden, zegt railbouwhoogleraar Rolf Dollevoet: “Maar eigenlijk verandert er niet zo veel.”
De spoorwegen zitten vast aan allerlei afspraken en regels en dat is een probleem volgens de deeltijdhoogleraar bij Civiele Techniek en Geowetenschappen. Dollevoet werkt ook bij ProRail en is algemeen directeur van Delftrail (het interdisciplinaire onderzoeksinstituut van vier faculteiten van de TU Delft en de industrie). Hij merkt dat dit soms echte vooruitgang tegenhoudt. “De afstand tussen twee rijdende treinen moet normaal gesproken 2,5 kilometer zijn. Dat is vanwege de veiligheid, zodat een trein genoeg ruimte heeft om te remmen. Logisch, maar daardoor is er maar beperkt plek op het spoor.” Dollevoet zegt liever niet te denken in dat soort beperkingen. Hij geeft een voorbeeld: nu is de dienstregeling gericht op zo min mogelijk overstappen. Er gaan dan ook veel treinen via bijvoorbeeld stadscentra. “Daar is maar beperkt ruimte. Je moet anders kijken naar je dienstregeling, treinen, en waar je een overstappunt moet bouwen.” Je kunt bijvoorbeeld op korte stukjes heen en weer rijden. Dat is veel efficiënter dan de lange intercitylijnen die nu door het land lopen, aldus Dollevoet. “Maar pendelen is precies wat een machinist niet wil, want dat is saai. Dus waarom zetten we niet meer in op automatisch rijden? Dat doen we al tientallen jaren met vliegen. Voor een trein is dat makkelijk want er zit geen stuur in en alle seinen en overwegen zijn geautomatiseerd.”
WAT IS DELFRAIL
Delftrail is het samenwerkingsverband tussen de Delftse faculteiten CiTG, 3mE, EWI, TBM en de industrie. Het instituut doet interdisciplinair onderzoek op het gebied van spoorwegtechniek en spoorwegexploitatie en wil daarmee bijdragen aan een duurzaam en toekomstbestendig spoorwegsysteem.
‘Waarom zetten we niet meer in op automatisch rijden?’

© ANP/Peter Hilz
Nieuw ontwerp wissels
Een andere beperking op het spoor wordt veroorzaakt door wissels. ProRail repareert ongeveer tienduizend keer per jaar een wissel. Zo’n klus duurt vaak een hele nacht waardoor er geen treinen kunnen rijden. Als het aantal reparaties verder groeit, komen we in de problemen, voorspelt Dollevoet. Een nieuw ontwerp van het wissel kan veel tijd besparen. Denk aan een soort krat waarin alle onderdelen zitten die gemakkelijk vervangbaar zijn. Dollevoet: “Je rijdt met een mobiele werkplaats op een treinwagon boven het wissel, haalt onderdelen eruit, klikt nieuwe erin en rijdt weer door. Dat kan in vijf minuten.” En ja, dat is heel anders dan men in de spoorsector gewend is, vervolgt hij. “Iedereen is gewend om een kapot onderdeel uit het spoor te halen”, zegt hij. “Want dat doen we nou eenmaal al jaren en daar verdienen we ons geld mee.” Ondanks dat zijn werk vooral bestaat uit het ‘aanschoppen’ tegen bestaande systemen, weten NS en ProRail de TU Delft steeds beter te vinden, zegt Dollevoet. Eind 2022 tekenden de partijen opnieuw een samenwerkingsovereenkomst voor de komende vijf jaar. Daarin doen ze onder andere verder onderzoek naar preventief onderhoud en het meten van het spoor.
Meer leren over het spoor?
Het TU Delft online programma Railway Engineering biedt kennis en tools om strategieën en besluitvorming te verbeteren bij het ontwerp, de werking en de prestaties van zowel infrastructuur als rollend materieel. Maak kennis met de veelzijdige aspecten van spoorwegsystemen om een betrouwbaarder, veiliger en comfortabeler spoorwegnet tot stand te brengen, waarbij mensen en goederen op een snelle en efficiënte manier worden vervoerd.